Het vrijeschoolonderwijs werkt in het klassensysteem.
De kinderen gaan eerst naar de kleuterklas en daarna naar de eerste klas (groep 3). Dit heeft te maken met de manier waarop wij naar het leren van de kleuters kijken.
Vanaf de eerste klas (groep 3) worden de kinderen op een andere manier dan in het kleuteronderwijs aangesproken. Een kind bouwt verder aan zijn talenten, competenties en persoonlijkheid door een verbinding aan te gaan met de lesstof en deze zelf vorm te geven. Nieuwe lesstof wordt niet alleen vanuit het abstracte denken aangeboden, maar ook tekenend, zingend, reciterend, klappend en spelend.
In het vrijeschoolonderwijs neemt het periodeonderwijs een grote plaats in. De lesstof van een bepaald vak wordt gedurende meerdere weken de eerste uren van de schooldag aangeboden. Op inspirerende wijze wordt de lesstof op zoveel mogelijk manieren aangeboden. Zo is er altijd wel een manier waardoor het kind de lesstof kan opnemen. De kinderen worden ook uitgenodigd om de lesstof op eigen wijze te verwerken, bijvoorbeeld in een verhaal, tekening of boetseerwerk. De inhoud van de lesstof is ontleend aan het lesplan en de leerdoelen voor het betreffende leerjaar en wordt daarnaast door de leerkracht afgestemd op wat er speelt bij de kinderen. De tijd van het jaar en de actualiteit. De leerkracht geeft het onderwijs zelf vorm, in het periodeonderwijs wordt er niet uit methodeboeken gewerkt. In de oefenuren, later op de dag, wordt er wel uit methodeboeken geoefend.
Kunstvakken zoals dansen, toneelspelen, spreken en zingen van vreemde talen, schilderen, handwerken en houtbewerking bieden de leerlingen de mogelijkheid andere kwaliteiten te ontwikkelen naast de cognitieve vermogens. Ook in de andere aangeboden vakken wordt de lesstof op een kunstzinnige wijze verwerkt. Dit leidt tot een beter en persoonlijker begrip van de lesstof.
Vanaf de kleutertijd worden alle leerlingen gevolgd door middel van een leerlingvolgsysteem. Het LVS volgt de vooruitgang van de leerlingen. Vanzelfsprekend voldoet de school aan de eisen van de inspectie. In de school is een intern begeleider aanwezig die alle vragen rond leerlingen die bijzondere zorg nodig hebben coördineert.
Het leerplan van de vrijeschool is leidend voor het aanbieden van de leerstof, die bij ons als ontwikkelingsstof aangeboden wordt. De ontwikkeling van het kind staat centraal. De leerstof is het middel waarmee we kinderen gelegenheid geven zich te ontplooien. De vrijeschool staat voor onderwijs dat naast het aanleren van cognitieve vaardigheden en kennis een opvoeding is, waarbij brede interesse wordt gewekt. Zodat het kind alle aspecten van zijn wordende persoonlijkheid harmonieus kan ontwikkelen. Daarnaast zorgt de school met het onderwijsaanbod voor een goede aansluiting op het voortgezet onderwijs.
Voorwaarde voor de individuele ontwikkeling van een kind is een hechte, veilige en sociale omgeving. Een omgeving waarin een leerling nog kind mag zijn, waar kinderen vertrouwen krijgen en elkaar vertrouwen geven. Wij hechten dan ook veel belang aan sociale vorming. De klas is het oefenveld voor het latere maatschappelijke leven.